vrijdag 31 juli 2015

Water en Mountains


Dag 17

Over dag 17 kunnen we kort zijn. Vandaag de eerste officiële rustdag. Deze is niet van te voren gepland maar door, nu het mogelijk is op internet te kijken, hoe het weer zich ontwikkeld. Dan de beste dag uit kiezen en dat is vandaag.

Dus uitslapen tot een uur of half acht, dan thee maken, brood snijden en de ontbijtkoek “Snelle Jelle” eerlijk verdelen. Renée klaagt steen en been dat ze iedere morgen het kleinste stuk krijgt. Een hele zit er helaas niet in want we moeten uitkomen met de kist met voorraad.
En bij ons is de ontbijtkoek op rantsoen, dus geen “hele maar delen”.
Na het ontbijt gaan we richting het centrum naar de enige supermarkt van 4 vierkante meter voor koffie en kijken we gelijk of er een stukje vlees te koop is. Dat wordt zoeken in de vrieskist want het liefst hebben ze hier dat je gelijk een half varken koopt, aan kleine porties doen ze niet. Maar we hebben geluk deze keer, we scoren vier lekkere hamlapjes.
Tot nog toe was het vis of vegetarisch wat er op het menu stond . Maar vandaag met dit superweer is een stukje vlees van de gril niet te versmaden. We lopen nog even naar het mini haventje en dan terug naar de camping. Zwembad, sauna en hottube wachten.
Heerlijk een uurtje of drie ontspannen en genieten van de rust. Als er in de hottube een jonge dame komt zitten die Nederlands spreekt, hebben we het gelijk over wat zij, ze zijn met z’”n vieren, en wij zoal gedaan hebben de laatste weken. Als ik vraag of ze al bij de Bird Cliff geweest zijn zegt ze nee is die er dan? Ik leg uit dat die schitterende kliffen op twee uurtjes rijden van ons vandaan liggen. Ze besluiten spontaan om vanavond alsnog te gaan kijken of ze de puffin kunnen spotten.
Als we ’s avonds het grilplaatje aan hebben zien we een mijnheer aandachtig naar onze auto kijken en een foto maken van de achterkant.


Als we vragen of hij de auto zo mooi vindt lacht hij en zegt IJsland staat verkeerd geschreven”. Daarna schieten wij in de lach en leggen uit dat het helemaal niet verkeerd is maar dat het in het Nederlands staat geschreven. “Oh, bestaat dat ook” vraagt de man en heeft pret. Hij dacht dat hij met een onbenul van doen had die met een totaal verkeerde tekst aan het rondrijden was. Hij maakte de foto om het thuis aan iedereen te laten zien. Bij de koffie komt een dame, die kennelijk de leiding heeft, naar ons toe om te vertellen dat er internet is. Die is vandaag aangelegd zegt ze, dus boffen we en kunnen we mooi de blog voor vandaag nog afmaken en versturen.

Dag 18

We laden vroeg de auto en gaan op pad naar het volgende fjord. Dat is zo’n 60 km rijden over alweer gravel road en daarbij is er veel hoogte verschil dus het tempo ligt laag. Het eerste doel is naar de Dynjandi watervallen, een grote brede val van een massa water die zich tijdens het vallen verspreid over wel vijf verschillende stromen en uiteindelijk uitkomt in het fjord. Een zeer imposant gezicht. We kunnen een stuk omhoog lopen tot aan de voet van het breedste gedeelte en schitterende foto’s en filmopnamen maken. Het enige minpunt is dat het er stikt van de kleine vliegjes, zodat je voortdurend wild zwaaiend om je heen loopt te meppen. Ze hebben het vooral op je hoofd gemunt.
Maar voor de rest is het een mooi schouwspel van vallend water.


We vervolgen onze weg en krijgen een bijzonder spectaculair stukje gravel road met hele steile beklimmingen en dito afdalingen. Het is oppassen geblazen. De wegen hebben geen vluchtstroken en naast de weg gaat het gelijk meters naar beneden. Het vergt best wat concentratie om hier te rijden en we merken ook dat vooral de mensen meet een huurauto liever niet te veel aan de kant gaan en veelal stijf op de as van de weg blijven rijden, bang voor een slippertje het ravijn in. Na een paar uur van klimmen en dalen zijn we op de camping midden in de Westfjorden in de plaats Pingevri. Een mooi klein terrein met weer een heus zwembad. Het zoeken naar een plekje is niet moeilijk, we hebben het hele terrein nu nog voor ons alleen.


Dat wordt aan het einde van de middag wel anders. Onze ervaring is dat de IJslanders pas heel laat van de camping vertrekken maar ook heel laat aankomen. Om een uur of 11 in de avond is heel normaal. De temperatuur vandaag is zomers te noemen met een niet te harde wind en een graad of 10! Super, we kunnen zelfs tot half 11 buiten blijven zitten zonder muts en dikke jas. We zitten pal aan de oever van een fjord en genieten van een prachtige zonsondergang.
Morgen hebben we de helft van onze dagen er op zitten. In14 nachten we zijn 10 keer verplaatst, dus tien maal op -en afbreken en het verveeld nog geen minuut. Morgen gaan we naar de noordkant van de Westfjorden waar we waarschijnlijk weer iets lagere temperaturen zullen krijgen, maar de voorspelling is droog weer en dat is al heel wat waard.

Dag 19



Inpakken en weg wezen. We gaan eerst naar Flateyri. Dit dorp is in 1995 getroffen door een enorme sneeuwlawine. Omdat het dorp onderaan een paar hele gevaarlijke hellingen ligt hebben de bewoners na de ramp waarbij eventuele 20 inwoners zijn omgekomen en het halve dorp met de grond gelijk werden gemaakt, maatregelen genomen. 


Ze hebben een wal van 15 meter hoogte onderaan de helling gebouwd en deze splits de lawine voordat hij het dorp kan bereiken in twee delen zodat de sneeuw links en rechts van het dorp in zee eindigt. Alleen aan deze wal is al 3 jaar gewerkt.


Verder gaat het naar Isafjördur, weer steil omhoog. 




Na 7 km bereiken we een wel hele speciale tunnel. Hij is 6 km lang en voor het grootste gedeelte enkelbaans. Midden in de tunnel zit een afslag naar het plaatsje Sudureyri. Het is heel bizar om hierin te rijden.


Voor ons hebben de tegenliggers om de 100 meter de mogelijkheid om in een invoeghaven te gaan staan wat ze gelukkig allemaal ook trouw doen, anders zou het er wel heel raar gaan uitzien en zou het veel schroot opleveren. Wie van de zuidkant komt heeft voorrang en hoeft niet naar een invoeghaven. Wel heel apart om dit mee te maken.


Als we op de camping komen wacht ons een kleine verassing. We willen graag twee dagen hier blijven, maar het eerste weekend van augustus ( en dat wordt het nu) wordt de Dag van de Arbeid gevierd in het hele land. Iedereen trekt naar het platteland om te kamperen en het feest dansend en vooral drinkend door te brengen. De receptionist raadt ons aan om daar niet bij te zijn want het gaat dag en nacht door, zodat er van slapen totaal niets terecht zal komen. Daarbij komt dat dit weekend uitsluitend weekend arrangementen kent en die liegen er niet om. Dus wordt het morgen weer verplaatsen! En dan maar hopen dat we een rustig stekkie kunnen vinden. 

In het veld naast onze tent wordt de grond op 2 plaatsen omgeploegd. Waarom komen we later achter: morgen wordt ter verhoging van de feestvreugde een moddervoetbaltoernooi gehouden. Er worden honderden pallets en een enorm vat water aangevoerd. De eerste feestvierders arriveren ook al en een tankwagen vol water komt de paden op de camping vast nat sproeien. Wij kunnen voor de tweede avond op rij buiten eten, maar als de zon achter de berg verdwijnt is het gelijk heel koud en moeten we naar binnen en de kachel gaat aan.





.   

woensdag 29 juli 2015

Richting Westfjorden


Dag 15
We gaan varen naar de West fjorden. De weersverwachting van de IJslandse Pelleboer is goed, er wordt een rustig zeetje verwacht, dus geen reden om 300 km te gaan omrijden. Zondag in de namiddag gaan we naar het boekingskantoor om de overtocht te regelen.
Renée vraagt of er ook nog korting wordt gegeven voor gepensioneerden en dat wordt met ja beantwoordt, dus ook nog een behoorlijke korting op de overtocht.
Dat is trouwens toch een pluspunt in IJsland, zelfs op de campings is er korting voor de oudere medemens.
Bij het boekingskantoor krijgen we te horen dat we maandagochtend om halfnegen in de haven moeten zijn voor het laden van de auto’s. De overtocht zal ongeveer drie uur duren.
Zo dat is geregeld!

Nu lekker aan de koffie in een klein parkje met een gratis “refil”, die krijg je trouwens overal. Een keer koffie betalen is hier voldoende om twee keer te halen. Goed geregeld toch!
Net terug op de camping wordt de rust verstoord. Ja hoor, daar zijn ze weer: “onze Italianen”.
Zouden de al getankt hebben? Ze willen zo graag bij elkaar staan dat ze proberen 10 campers te persen op een plek waar er normaal gesproken maar 5 kunnen staan. Na veel heen en weer geschuif zijn er toch 3 die een andere plaats kiezen. De overgebleven 7 staan zo krap dat de open klep van de een tegen de ander aanhangt. Zouden ze wel kunnen slapen nu ze wat verspreid op de camping staan? We hebben de resterende 5 campers niet kunnen vinden op deze enorme camping, maar die hebben ongetwijfeld ook ergens bij elkaar gestaan.
Voor vanavond staat er vis op het menu. Die kopen we bij de plaatselijke super, met gekruide aardappels en dat op onze grilplaat, gestookt door de benzinebrander. We kunnen bijna niet wachten!!
Na het diner voor twee gaan we vast wat inpakken en de kisten op de auto laden zodat we morgen de buren niet al teveel belasten met dichtslaande autodeuren waardoor je gelijk rechtop in je bed zit.
Om half elf strijken we de zeilen en gaan onder de wol. Morgen om ze uur is het weer reveille. Ontbijtje maken, thee zetten en de tent inpakken.


Dag 16
Om even over halfacht is alles gepakt en sluipen we van de camping. Op naar het benzine station om ook ons voertuig te voorzien van een natje en dan naar de haven waar de veerboot al ligt te wachten met zijn bek wagenwijd open om onze Rav4 binnen te happen.
Om exact negen uur horen we de scheepstoeter en maakt het schip los.



Net als hij een meter van de kant is wordt er vanaf de wal geroepen dat er nog iemand mee wil. Wij denken dat zij geen schijn van kans maakt nu de klep al omhoog staat. De boot legt vast niet meer aan. Maar dat hebben we mis. Behoedzaam wordt de boot weer naar de aanlegsteiger gedirigeerd en de dame aan boord genomen. Een staaltje van hoffelijkheid van de IJslanders. Na anderhalf uur varen zijn we op een tussenstop het eilandje Flatey.


Om even voor twaalf zijn we aan de overkant en rijden we gelijk door naar Latrábjarg; de Bird Cliff. Een van de 10 genomineerde objecten van National Geografic. Het is wonderschoon en adembenemend om 1 miljoen vogels te zien broeden en hun jongen verzorgen.


Uiteraard staat de Puffin met stip op nr 1. Op een van de eerste kliffen hebben we gelijk beet. Zwalkend en met het kopje net boven de rand van de klif zien we er een paraderen. Op mijn buik liggend en behoedzaam er heen kruipend kan ik een paar mooie foto’s schieten van de nationale trots van IJsland. We hadden nooit verwacht dit beestje in levende lijven op nog geen meter afstand te kunnen bewonderen.
We lopen van klif naar klif en zien de talloze verschillende vogelsoorten tegen de rotsen aan zitten.

Het is zeer de moeite waard geweest om er 100 km rijden, op de gravel road, naar het uiterste west puntje van Europa voor over te hebben. Ik heb er zeer van genoten.
Het is al wat later in de middag als we toch besluiten terug te rijden naar de wat meer bewoonde wereld. Er zijn in de buurt van de klif wel een paar kleinschalige campings maar die hebben echt hele summiere accommodatie, plus het is er echt niet warm. Ondanks dat de zon goed haar best doet maakt de wind het er echt guur.
Na ruim een uur hotsen en botsen over het gravel komen we weer op asfalt en in het eerste plaatsje wat we tegenkomen wordt er brood gekocht en dan door naar de camping die we uit het aanbod van de IJslandse campingcard hebben uit gezocht. We boffen dat we het laatste plaatsje in de luwte hebben, want na ons loopt het storm en is in een uur tijd de hele camping compleet vol. Voor ons doen zijn we erg laat, het is al half zes als we gaan opbouwen. Met een half uur staat het spul en kunnen we aan de maaltijd.
Vanavond is het Pasta met walnoten. Het smaakt ons prima na deze lange vaar-, auto-  en wandeldag. De planning voor morgen is een “day off”. Lekker genieten van het mooie weer en zitten in de hotpot en sauna, maar deze dag kan echt niet stuk. 

 
  



zondag 26 juli 2015

Een rondje Snaefellsnes.



Dag 13 en14

Stykkishólmur

Als ik dit stukje schrijf zitten we lekker op zondagochtend bij een benzine station aan de koffie samen met gepensioneerden en mensen die op zondag moeten werken!!

De koffie is er goedkoop en de afstandsbediening van de tv ligt op een tafel zodat de pensionado’s zelf de zender en het geluidsniveau kunnen bepalen.
We beginnen vandaag met 79 km gravel road en die is op sommige stukken van een niet al te beste kwaliteit. Met een gangetje tussen de 40 en 60 km per uur hobbelen we langs mooie vergezichten en een schitterend bergmassief. Na drie kwartier komen we bij een passage waar aan de weg gewerkt wordt en kunnen we eens met eigen ogen kijken hoe zo’n weg wordt gerepareerd. Een voertuig sproeit water en de tweede schraapt vanuit de kant wat grond de weg op tot ongeveer het midden van de weg. Nummer drie heeft een soort trilmachine achter een tractor en klaar is Kees. Fascinerend is dat het verkeer, ongeveer 4 auto’s per uur, gewoon door gaat en de auto’s er met een compleet modderbad van af komen.
Na twee uur zijn we in Stykkishólmur op een enorme grote camping bij een golfbaan.
Er is wat activiteit met vertrekkende gasten en we kijken vast of we een mooi plaatsje kunnen vinden voor de komende dagen en dat lukt. De tent wordt ingericht voor een verblijf van minimaal 3 nachten omdat nog steeds de weerberichten uit de West fjorden erg koud zijn en er in het zuiden nog al eens een buitje valt. Het beste weer van deze drie is op het schiereiland Snaefellsnes.
Na een paar uur is er een extreem verhoogde activiteit op de camping. Het begint er op te lijken dat heel IJsland heeft zitten wachten op de zonnige dagen die ons in het vooruitzicht zijn gesteld.


Naast ons zien we een klein tentje tegen de struiken staan. Het is van een backpacker. Als ze even later weg gaat, waarschijnlijk voor een kop koffie of even haar internet checken, komt er een Europeaan, nationaliteit onbekend, die zijn tent ongeveer met de haringen in de 
minitent van het meisje poot en hij kijkt daarbij of het de normaalste zaak van de wereld is.
Even later komt de een na de ander met een vouwwagen of caravan de camping op. Een plaatsje aanwijzen is niet nodig, je kijkt of er nog ergens een gaatje is en plant hem neer.
Families zetten het spul meestal in een carré vorm zodat ze lekker beschut van hun grill party kunnen genieten. De IJslander houdt daarbij wel rekening met de buren of gaat in overleg met elkaar over wat pas-en meetwerk.
Als we na de avondwandeling terug komen is de camping compleet afgeladen. Er kan geen tent meer tussen! Het is duidelijk dat ook in IJsland de schoolvakantie is begonnen.

We gaan vandaag een tocht over het schiereiland maken met als hoogtepunt de klim naar de gletsjer van de Snaefjelljökull. Over een pad van ongeveer tien kilometer, met veel losliggende stenen en gruis, gaan we naar het hoogst mogelijke punt. Normaal moet het kunnen om er aan de andere kant weer naar beneden te rijden maar door de late sneeuwval en kou blijkt dat nu niet mogelijk.






Het laatste stuk gaat het door muren van sneeuw van wel tweemeter hoogte. 
Het resultaat is een adembenemend uitzicht.










We hebben bij de toeristen informatie te horen gekregen dat we ook Hellnar niet mogen overslaan. We hebben er geen verstand van maar hier kun je “bird watcher” worden. Er zijn rotsen en kliffen die vanuit zee oprijzen die het middelpunt van veel vogelkolonies zijn.


De temperatuur is geweldig vandaag, we hebben de 15 graden dik gehaald.
Na een tocht van 9 uur zij we terug op de camping waar overal de visjes en het vlees liggen de spetteren op de bbq. Alweer een einde aan een geweldige dag!!



En nu ook nog even de auto ontdoen van wat klei, na een dag is het zo hard als beton!!
Morgen richting de West fjorden met de boot of over de weg dat ligt aan het weer.


       


vrijdag 24 juli 2015

Van Hvammstangi naar Búdardalur.



Dag 12

Laat in de middag van dag 11 gaan we nog even aan de koffie bij de plaatselijke benzinepomp annex koffiebar en supermarkt.
Het is werkelijk super koud, iedereen loopt met ijsmutsen en wanten om een beetje warm te blijven.
Dan stopt bij de benzinepomp een tweetal campers die wij de vorige nacht ook al op onze camping hebben gezien. Het is een deel van 15 stuks die op rondreis zijn.
Een mevrouw van de camper komt met een rood hoofd binnen en begint in het Italiaans van alles uit te kramen tegen de dame achter de kassa die haar stomverbaasd aankijkt en de schouders ophaalt en haar totaal niet verstaat.
Het gaat er over dat ze brandstof voor de camper wil. Maar in IJsland moet je dat zelf doen met een creditcard en daar zit hem de clou. De Italianen hebben daar weinig kaas van gegeten. Ze kunnen geen IJslands lezen en vergeten dat het systeem ook op de Engelse taal kan worden ingesteld.
Met heel veel handgebaren krijgt ze de kassière mee naar buiten die het nogmaals geduldig uitlegt maar het gaat niet van harte. Na ongeveer een kwartier is camper 1 voorzien van brandstof en is nummer 2 aan de beurt. Weer hetzelfde ritueel. Ze begrijpen niet hoe je een pincode moet invoeren. Ook de man van camper 2 vraagt de kassière mee naar buiten te komen om het aan de pomp nogmaals uit te leggen. De kassière gaat weer braaf mee en ook dit duurt alles bij elkaar dik een kwartier.
Het is eigenlijk simpel. Eerst de kortingskaart activeren, die krijg je bij de Orkan benzine pompen, en dan je creditcard er in, pincode invoeren, het bedrag wat je wil tanken (bij ons is dat meestal 5000 kronen) tankslang pakken en tanken tot de pomp vanzelf afslaat, precies op het gevraagde bedrag.
Wij zijn de eerste keer ook geholpen, maar daarna hadden we het door.
Wij zeggen tegen de kassière, die blauw van de kou zit bij te komen, dat ze geluk heeft dat het maar twee campers zijn, want hun hele club bestaat uit 15 campers.
We zijn nog niet uitgesproken of de volgende drie campers staan voor de pomp en ja hoor, ook dit keer moet ze weer mee naar buiten.
Na camper 6 en 7 komt ze naar binnen, zegt wat in het IJslands, trekt haar jas aan en groet de collega’s. Ze was helemaal klaar met de Italianen! Terloops vraagt ze aan ons waar wij vandaan komen. Uit Holland zeggen we. Ze slaakt een zucht en zegt “gelukkig!”
Terug op de camping is het er al lekker vol gelopen veel kleine tentjes en uiteraard de 15 campers met een I (talië) en nog wat Fransen.
De ruimte op deze camping is heerlijk ruim. Er is internet aanwezig in een ruimte die ook nog eens verwarmt is. Als we ‘s avonds terug komen om nog naar de weersvoorspelling te kijken is het er gezellig druk met allerlei mensen die hun potje staan te koken.
Maar van de Italianen geen spoor, die zijn al met de kippen op stok.
We kijken even en leggen de route een beetje om. De weersvoorspelling voor de west fjorden zijn ronduit beroerd, van 1 tot 5 graden. Dat is erg fris, dus kiezen we er voor een stukje naar het zuiden te zakken.


En dat doen we dan ook de volgende dag. Het gaat richting Reykjavik. 100 km ervoor slaan we af naar de westkust waar we een camping vinden die gunstig ligt om van hier uit een aantal dagtochten te maken landinwaarts en naar het schiereiland Vesturland.
Om twaalf uur staat alles weer keurig en gaan we richting de Langjökull gletsjer. Een prachtige tocht over een mooie pas.

Dan rijden we een dal binnen waar weer van alles te zien is. Onder andere stomende heetwaterbronnen met een temperatuur van 100 graden! Heel bizar dat het zomaar omhoog borrelt op verschillende plekken.
En ook weer een waterval die het aankijken meer dan waard is. Daarna stoppen we bij het infocenter van Reykholt waar we worden gewezen op de vele mogelijkheden die dit deel van IJsland te bieden heeft. Verder gaan we naar Húsafell waar we informeren naar het nieuwste snufje van “hoe vermaak ik de toerist”.

Er is een ijstunnel geboord in de gletsjer van ruim 8oo m lengte. Daar kun je in met en soort monstertruck en uiteindelijk kom je er op de top van de gletsjer weer uit. Het schijnt adembenemend mooi te zijn. Er zijn ruimtes in de gletsjer waar je bijvoorbeeld kunt trouwen en er is ook een tentoonstelling ingericht.
Wij hebben er wel oren naar, als we terug komen uit de west fjorden, om ons eens te laten rondrijden met zo’n truck.

Om zes uur zijn we weer op de camping en gaan weer achter de pannen voor een lekker maaltijd.


woensdag 22 juli 2015

Relax dag met hotpot en sauna.



Dag 9 en 10

Eindelijk is het weer droog na 40 uur en dat is lekker om op te breken. Alles is nog wel kletsnat maar met een paar plastic zakken kunnen we de spullen zo uitsplitsen dat de binnentent en nog wat ander spul droog meegaan.
Renée maakt een run richting douche om net voordat iedereen hier wakker wordt een cabine te bemachtigen.



Het is waanzinnig druk op campings die aan de ringweg liggen. Alle bussen die vanaf Reykjavik komen stoppen alleen maar aan deze weg. Dus alle passagiers en backpackers lopen dan naar de dichtst bij zijnde camping en ook de tour organisaties leveren hun klanten af in een hostel of camping zo dicht mogelijk bij rondweg 1.
De toeloop is massaal in dit jaargetijde wat als zomer wordt aangeduid, maar het deze keer niet is. Zelfs de IJslander klaagt steen en been dat het dit keer wel heel bizar koud en nat is. De een zegt dat het in tien jaar niet zo slecht is geweest en de ander heeft het zelfs over 20 jaar. En zij menen dat oprecht, het is van hen geen smoesje.
De droog föhn bij de toiletten op de campings maakt overuren, geen moment is hij onbezet. Als je van het toilet komt en je handen wast wordt er vanuit gegaan dat je je handen buiten laat opdrogen want de föhn is en blijft bezet voor het drogen van handschoenen, kleding en handdoeken.
Vooral de jongere backpackers hebben het zwaar te verduren. De meesten hebben niet al teveel kleding bij zich en hebben de hele nacht liggen klapperen van de kou in de kleine tentjes.




Om half negen gaan we richting Akureyri, de op een na grootste stad op IJsland.
Het is ongeveer 100 km van Myvatn. Onderweg is veel te zien, uiteraard ook een waterval: de Godafoss.







Als we om half elf Akureyri binnen rijden is het gelukkig nog droog en gaan we gelijk de bezienswaardigheden bekijken waaronder de kerk, de winkelstraten en de public library waar we gratis gebruik kunnen maken van internet en mooi de blog kunnen plaatsen van dag 8.





We vervolgen onze weg richting Saudárkrókur. Onderweg vinden we nog een historisch boerderij complex, Glaumbaer, dat zeer de moeite waard is alleen al om te zien hoe deze plaggenhutten gebouwd zijn en tot 1947 zelfs bewoond waren.



De volgende plaats op onze route is Saudárkrókur waar we de tent opslaan voor de overnachting. Als we op de camping aankomen zijn we de eerste en voorlopig enige passanten. Na een uur komt er nog een Nederlandse camper en een paar Italiaanse fietsers op het veld. De fietsers vragen ons hoe het gaat met betalen van de plaats. We leggen uit dat er in de avond wel iemand langs komt om het geld te innen of je campingcard aan te kruisen.

We zien dat de Italiaanse fietsster al behoorlijk gehavend is met schaafwonden in het gezicht en ze loopt ook niet al te gemakkelijk. Ik heb wel met ze te doen De harde wind en regen maken het geheel niet tot een pleziertochtje.
Als we terug komen van een rondje door het dorp zien we dat we buren hebben gekregen. Nu is de camping wel twee voetbalvelden groot maar de twee jonge mannen staan bijna bij ons binnen geparkeerd. Toch een beetje raar als er zoveel plek is. Het lijkt er ook op dat kamperen niet tot de meest favoriete bezigheid van de twee is gezien de spectaculaire tijd die ze uit trekken om hun mini dome-tentje op te zetten.
Maar we kunnen ook niet allemaal “super kampeerders” zijn!
Er ligt vanavond weer een heerlijk stukje zalm te pruttelen in de pan en dat met gele rijst en witte bonen; het diner is in ieder geval uitstekend.
Om tien uur duiken we onze mand in en proberen de slaap te pakken. Maar om half elf komt er nog een laatbloeier de camping op getoerd en parkeert pal aan de ander kant van onze tent. Zo staan we toch nog lekker kortjes bij dichtjes.
Na een half uurtje hameren is ook deze gast klaar en gaan wij nogmaals proberen Klaas vaak met een bezoek te vereren.
Om 4 uur in de ochtend zit ik kaars rechtop in de tent. Ik hoor op dit uur de auto van onze buurman starten, dat is een vroege vogel.
Na een minuut of vier denk ik er over de man met een bezoekje te vereren en te vragen of hij eventueel de auto ook weer kan uitzetten. Als ik de tent open maak zie ik de jonge man achter het stuur zitten met zijn bivakmuts op, klapperend van de kou.
Ik vraag dringend of de motor uit mag omdat wij nog wel een paar uurtjes willen knorren en dat mag, dus dat valt niet tegen.
‘s Morgens ontmoet ik de jongen weer en vraag hem of hij weet hoe gevaarlijk het is om met je uitlaat van de auto in een tent te gaan staan blazen.
Nee dat wist hij niet. Ik had het zo koud dat ik dacht: ik ga lekker in de auto zitten om een beetje warm te worden. Ik heb hem uitgelegd dat zijn maatje wel dood had kunnen zijn door hem van zo dichtbij te bestoken met uitlaatgassen. Hij kijkt mij vragend aan en schudt zijn hoofd van nee. Wij zijn fietsers uit Spanje en hebben uit nood een auto gehuurd omdat het weer zo slecht is. We hebben ook niet al teveel spullen mee en nog sorry voor vannacht, zegt hij. Ik zeg dat het geen probleem voor ons is en wees maar blij dat je maatje nog leeft.
Wij wensen de jongens nog een goeie reis en een fijne vakantie.


Zelf gaan we na het ontbijt richting twee thermaal bronnen die hier in de buurt moeten zijn. De tip hebben we van een paar jongens uit Slowakije. We moeten wel 16 km over een vreselijke slechte weg om uiteindelijk de twee bronnen te vinden.
Na een half uur hotsen en botsen kom we op een wel heel fraaie locatie, ver van de bewoonde wereld, een klein paradijsje.
We drinken eerst een bakkie en dan gaat het richting het bad van 42 graden.
Het is echt absurd. Op een afstand van nog geen drie meter van de Atlantische oceaan twee zulke bronnen.






We genieten samen met nog vier Fransen van dit spektakel en dobberen heerlijk een uurtje in de poel buiten waar het op dit moment 5 graden is. Top.


Eind van de middag wacht ons nog een evenement: een sauna. Om een uur of vier melden we ons bij de receptie en betalen ongeveer € 9.50 voor 2 personen.
Dan kun je gebruik maken van alle faciliteiten die het bad te bieden heeft zoals een Whirlpool van 42 en een van 39 graden, het zwembad, de infrarood sauna en een Finse sauna plus gratis koffie en krachthonk maar daar doen wij gespierde spijkers niet meer aan.Na een uurtje of 3 sluiten we de dag af met een lekkere vis en chips bij het Hard Wok Café. Morgen gaat het nog verder richting de West Fjorden.

Dag 11

Om 6.15 uur staan we op. Lekker vroeg want het is tenslotte vakantie en dan moet je wat aan de dag hebben.
Deze keer alles lekker droog inpakken! De temperatuur meter geeft al 8 graden aan wat een luxe!
Om 8.15 uur vertrekken we naar Blönduós, een plaats aan de andere kant van het fjord. Het is zo’n 60 km; heerlijk rijden met een gangetje van 90 km per uur.
Als we in de plaats komen gaan we eerst aan de koffie en daarna naar de super voor een lekker vers brood.
Op naar de volgende plaats Hvammstangi, nog zo’n 62 km. Een prachtige route langs een van de rivieren die vol met zalm zit en zeer geliefd is bij de vissers.


Op een gegeven moment komen we op een kruispunt wat heel herkenbaar is voor ons. We kijken elkaar aan en schieten in de lach.
We zijn bijna weer terug bij ons uitgangspunt van vanmorgen!! Even een klein oriënteringsprobleem, dus moeten we terug. 104 km voor Jan Joker! Er is op IJsland nauwelijks een weg maar wij zien kans om verkeerd te rijden J.
Waarschijnlijk zijn we verwend met de Tom Tom de laatste jaren, maar alles komt goed. We draaien om en gaan weer terug naar de mooie zalmrivier en volgen weg nummer 1 tot de afslag Hvammstangi. Na zes km zijn we op camping nummer 5 in zeven dagen.

Vanmiddag de blog bijwerken en morgen goed gemutst opnieuw op pad.  

maandag 20 juli 2015

Vanuit Akureyri.


Eerst even een paar extra slaapsokken gescoord.  

Dag 8

Vannacht om half twee word ik wakker van een soort vliegende storm. Het regent pijpenstelen en dat al sinds afgelopen middag 13.00 uur. Vanaf nu hebben we alleen nog maar hazenslaapjes. Het is koud en het stormt. Dit zijn geen ingrediënten voor een gezonde nachtrust .
Om half zeven overleggen we wat we doen: opbreken of blijven. De weersvoorspellingen zijn ronduit beroerd voor de komende dagen, veel regen en vooral erg koud. Volgens de IJslanders is het de laatste tien jaar niet meer zo koud geweest. En wij dachten dat het vooral hier in het noorden de normale temperaturen waren. Maar we doen het er mee. Regenpak aan en gaan met die banaan. De excursies die we gepland hebben gaan gewoon door.
Van het nationaalpark Àsbergi gaan we richting Húsavik waar vandaag niet veel mensen staan te wachten om naar de walvissen te gaan kijken met windkracht 8.
Er loopt een enkeling in de haven, hooguit een man of vijf.
We rijden door en gaan op zoek naar een camping. Bij de eerste zakken we tot de assen in de klei en bij nummer twee moeten we al onze spullen naar een veld sjouwen en bij dit weer vinden we dat ook geen optie.
Dan eerst maar een visje scoren voor vanavond in Reykjahild waar de supermarkt op zondag open is en naar het visitor center voor info over het Myvatn meer. En daar zien we een mooi camping schuin aan de overkant met een leuke plaats, omringd door bosjes zodat we enigszins uit de wind staan.



Bingo! Mooi uit de wind maar nog wel met een spatje regen en een vlokje sneeuw!
We bouwen het hele spul weer op, nemen een lekkere lunch en gaan op tour rond het Myvatn meer.


De wereld lijkt hier inderdaad op Mars. Allerlei verschillende kleuren van enorme bergen lava, echt heel apart om hier rond te rijden en te genieten van al het fraais.
We hebben inmiddels best al een paar landen bezocht, maar IJsland is wel heel bijzonder wat natuurschoon betreft. Ook al is het wat aan de frisse kant met een graad of drie (De auto gaf zelfs “ice warning”) en een enkel verdwaald sneeuwbuitje, we blijven genieten.



De volgende stop is bij een thermische bron waar het wemelt van de mensen. Bussen vol toeristen worden aangevoerd om te genieten van de lagune.



We vervolgen de route naar de pruttelende modderbronnen en vooral stinkende zwavel maar dat went snel als je er een tijdje in loopt.



En tot slot naar Krafla, waar de enorme fabriek staat die alles reguleert en zorgt dat er geen gekke dingen kunnen gebeuren zoals onverwachte uitbarstingen.
Zo is het ondanks het niet al te beste weer toch nog een leuke dag geworden.
Morgen is er weer een dag, de foto’s vertellen de rest.



 Ook de schapen zoeken beschutting achter een paar lava blokken.

Het weer voor de komende dagen: onveranderd!!  (Zie foto onder.)