vrijdag 24 juli 2015

Van Hvammstangi naar Búdardalur.



Dag 12

Laat in de middag van dag 11 gaan we nog even aan de koffie bij de plaatselijke benzinepomp annex koffiebar en supermarkt.
Het is werkelijk super koud, iedereen loopt met ijsmutsen en wanten om een beetje warm te blijven.
Dan stopt bij de benzinepomp een tweetal campers die wij de vorige nacht ook al op onze camping hebben gezien. Het is een deel van 15 stuks die op rondreis zijn.
Een mevrouw van de camper komt met een rood hoofd binnen en begint in het Italiaans van alles uit te kramen tegen de dame achter de kassa die haar stomverbaasd aankijkt en de schouders ophaalt en haar totaal niet verstaat.
Het gaat er over dat ze brandstof voor de camper wil. Maar in IJsland moet je dat zelf doen met een creditcard en daar zit hem de clou. De Italianen hebben daar weinig kaas van gegeten. Ze kunnen geen IJslands lezen en vergeten dat het systeem ook op de Engelse taal kan worden ingesteld.
Met heel veel handgebaren krijgt ze de kassière mee naar buiten die het nogmaals geduldig uitlegt maar het gaat niet van harte. Na ongeveer een kwartier is camper 1 voorzien van brandstof en is nummer 2 aan de beurt. Weer hetzelfde ritueel. Ze begrijpen niet hoe je een pincode moet invoeren. Ook de man van camper 2 vraagt de kassière mee naar buiten te komen om het aan de pomp nogmaals uit te leggen. De kassière gaat weer braaf mee en ook dit duurt alles bij elkaar dik een kwartier.
Het is eigenlijk simpel. Eerst de kortingskaart activeren, die krijg je bij de Orkan benzine pompen, en dan je creditcard er in, pincode invoeren, het bedrag wat je wil tanken (bij ons is dat meestal 5000 kronen) tankslang pakken en tanken tot de pomp vanzelf afslaat, precies op het gevraagde bedrag.
Wij zijn de eerste keer ook geholpen, maar daarna hadden we het door.
Wij zeggen tegen de kassière, die blauw van de kou zit bij te komen, dat ze geluk heeft dat het maar twee campers zijn, want hun hele club bestaat uit 15 campers.
We zijn nog niet uitgesproken of de volgende drie campers staan voor de pomp en ja hoor, ook dit keer moet ze weer mee naar buiten.
Na camper 6 en 7 komt ze naar binnen, zegt wat in het IJslands, trekt haar jas aan en groet de collega’s. Ze was helemaal klaar met de Italianen! Terloops vraagt ze aan ons waar wij vandaan komen. Uit Holland zeggen we. Ze slaakt een zucht en zegt “gelukkig!”
Terug op de camping is het er al lekker vol gelopen veel kleine tentjes en uiteraard de 15 campers met een I (talië) en nog wat Fransen.
De ruimte op deze camping is heerlijk ruim. Er is internet aanwezig in een ruimte die ook nog eens verwarmt is. Als we ‘s avonds terug komen om nog naar de weersvoorspelling te kijken is het er gezellig druk met allerlei mensen die hun potje staan te koken.
Maar van de Italianen geen spoor, die zijn al met de kippen op stok.
We kijken even en leggen de route een beetje om. De weersvoorspelling voor de west fjorden zijn ronduit beroerd, van 1 tot 5 graden. Dat is erg fris, dus kiezen we er voor een stukje naar het zuiden te zakken.


En dat doen we dan ook de volgende dag. Het gaat richting Reykjavik. 100 km ervoor slaan we af naar de westkust waar we een camping vinden die gunstig ligt om van hier uit een aantal dagtochten te maken landinwaarts en naar het schiereiland Vesturland.
Om twaalf uur staat alles weer keurig en gaan we richting de Langjökull gletsjer. Een prachtige tocht over een mooie pas.

Dan rijden we een dal binnen waar weer van alles te zien is. Onder andere stomende heetwaterbronnen met een temperatuur van 100 graden! Heel bizar dat het zomaar omhoog borrelt op verschillende plekken.
En ook weer een waterval die het aankijken meer dan waard is. Daarna stoppen we bij het infocenter van Reykholt waar we worden gewezen op de vele mogelijkheden die dit deel van IJsland te bieden heeft. Verder gaan we naar Húsafell waar we informeren naar het nieuwste snufje van “hoe vermaak ik de toerist”.

Er is een ijstunnel geboord in de gletsjer van ruim 8oo m lengte. Daar kun je in met en soort monstertruck en uiteindelijk kom je er op de top van de gletsjer weer uit. Het schijnt adembenemend mooi te zijn. Er zijn ruimtes in de gletsjer waar je bijvoorbeeld kunt trouwen en er is ook een tentoonstelling ingericht.
Wij hebben er wel oren naar, als we terug komen uit de west fjorden, om ons eens te laten rondrijden met zo’n truck.

Om zes uur zijn we weer op de camping en gaan weer achter de pannen voor een lekker maaltijd.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten